Hoop

Tsjertsjesov, sterke man, tilt aan een arm twee Lukaku’s op. Menselijke kanonskogel die door het tentdak wordt geschoten, naar de maan wordt de kinderen verteld. Tsjertsjesov, de ontdekkingsreiziger die met zeemonsters vecht en van zijn reizen terugkeert met verhalen over verzonken eilanden. Hij is ook de perfecte Münchhausen, die zijn elftal laat geloven dat ze kunnen voetballen, een tovenaar die zijn spelers als in een roes over het veld laat rennen, naar alle hoeken en achter iedere bal aan, onvermoeibaar tot de laatste snik die pas komt als ze dronken in bed vallen en zich realiseren dat de droom uit is.

Zijn wiekende armbewegingen langs het veld om het publiek ertoe te bewegen zijn ploeg aan te moedigen. De nostalgicus. Misschien zaten bij de wedstrijden van de CCCP soldaten, arbeiders en Sjostakovitsj op de banken, die nog wisten wat dat was, supporter zijn en de longen uit je lijf schreeuwen. Mensenmassa’s op de tribunes. Het stadion werd een vulkaan die ieder moment kon uitbarsten. De toeschouwers bij de wedstrijd tegen Kroatië, daar zaten ze dan met hun vlaggetjes. Ze waren nog nooit eerder in een stadion geweest.

Met die snelheid, de schwung wilde hij de Kroaten verslaan. Kozakken die een hurkdans uitvoeren, grijns, snor en bontmuts, de ene kozak na de andere wordt op het podium gesmeten, gaat mee in de razendsnelle rondedans, sabeldans, wat nog. De eerste breakdancers waren geemigreerde kozakken op het strand van Brighton Beach. Een andere klassieker uit de Russische geschiedenis is de stromloop van de soldaten, de bajonet vooruit, hun hurrahgeroep verjaagt zelfs de vogels uit de bomen. Of Rakitic en Modric daarvan onder de indruk raakten? Ik dacht het niet. Honderdduizend vijandige supporters op de tribune die fluiten en joelen en boe roepen, ze zijn het gewend. Een overmacht, dat is hun wekelijkse ervaring. Ze moeten immers hun Messi en Ronaldo uit de wind houden, lopen voor twee, kijken voor drie.

Die potpourri van stijlen en invloeden die Tsjertsjesov gebruikte om zijn elftal als een ongecontroleerde bende over het veld te laten jakkeren was de juiste tactiek. Hoe konden Modric en Rakitic dit nu controleren zonder in dit gehol mee te gaan? Ja hoe? Hoe deden ze dat? Ik vermoed dat zij spelers zijn van wie je pas in het stadion kunt zien wat ze eigenlijk doen, omdat hun spel ook heel belangrijk is als ze de bal niet hebben. Ik vermoed ook dat taktiek, looplijnen, zonedenken, spreadsheets, warmtevelden en andere data niet aan hen zijn besteed. Hoe de tegenstander speelt, op wie en wat ze moeten letten, daar komen ze op het veld wel achter. Rakitic en Modric zijn mogelijk de laatste spelers op dit toernooi die een wedstrijd lezen en daar naar handelen. Ik ga hier toch eens op letten.

Dit bericht werd geplaatst in WK 2018 en getagged met , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie